Bron : www.Anno.nl
Tegenwoordig hebben we de Partij voor de Dieren in de Tweede Kamer met als hoofdthema het streven naar een diervriendelijker beleid. Meer informatie >>>> http://nl.wikipedia.org/wiki/Partij voor de DierenMaar in onze geschiedenis heeft al heel wat dierenbloed zinloos gevloeid.
Mens en dier hebben een bijzondere relatie: we eten dieren en zetten ze gevangen in kleine hokken, maar we vertroetelen ze ook als huisdier en soms aanbidden we ze zelfs als heilig. Het genot van de mens staat hierbij altijd voorop. Zo kwam er in 1886 wel een wet tegen dierenmishandeling, maar alleen om de mensen die het dierenleed moesten aanzien te beschermen.
De overheid was tegen deze spelletjes en verbood het gruwelijke vermaak. Dat leidde tot veel oproer. In 1876 gingen boze Amsterdammers de straat op omdat hun kermis niet door ging. Tien jaar later was er weer wanorde in Amsterdam, omdat de politie toen het palingtrekken tegenging. Maar ondanks dit overheidsingrijpen, duurde het nog tot 1961 voor er een wet kwam waarin het dier zelf centraal stond. Sindsdien is er steeds meer aandacht voor het welzijn van dieren.
[1] De kermis in Lisse kent een lange traditie : het koek-slaan. De deelnemer moest met een knuppel een zeer taaie koek in de lengte doorslaan. Aan het einde van de 19e eeuw kwam er een landelijk verbod, maar in Lisse ging men nog een tijdje gewoon door. In de jaren zestig kwam koek-slaan weer in zwang. Dit is wel een heel onschuldige traditie vergeleken met de beestachtige spelletjes van hierboven.
[1] Bron : Lisse de jaren zeventig, Herman van Amsterdam, Lokaal Boek, Sassenheim